Bm eenvoudig

Barré Akkoorden

Je hebt het vast vaak gehoord. Barré-akkoorden. En wellicht heb je ook al geprobeerd ze goed te spelen. Hoe krijg je barré-akkoorden onder de knie?

Barré akkoorden komen vooral om de hoek kijken als je de basisakkoorden al kent. De basis akkoorden zoals, C, C7, D, Dm, D7, E, Em E7, G, G7, A, Am en A7 leer je het eerst. Je ziet hier een rijtje basis akkoorden. Het valt je misschien op dat de B en F niet genoemd zijn. Dit zijn de barré akkoorden, die meestal later in hun volle greep geleerd worden. Maar… je kán zo ook eenvoudiger pakken. Ze klinken dan wat minder vol. Zie het onderstaande Bm akkoord, B mineur. Op snaar 1, 2 en 3 zet je je vingers neer en slaat alleen die snaren aan. De snaren 4, 5 en 6 sla je niet aan.

Barré akkoorden onder de knie krijgen doe je door de eenvoudige vorm te spelen zoals de Bm. En met het oefenen van een kleine barré.

Om toch de volledige akkoorden te leren is het verstandig om met de kleine barré te beginnen. Barré wil zeggen, je legt je wijsvinger over meerdere snaren. De kunst is om de ingedrukte snaren met die wijsvinger goed te laten klinken. In het begin moet je dat maar een minuutje oefenen.

Hieronder zie je een vereenvoudigde F, ook wel als F groot, F majeur, Fmaj of F∆ genoteerd. Je ziet cijfer 1 staan met een horizontaal balkje over snaar 1 en 2. Dat is je wijsvinger die plat ligt over de snaar e en b.

F kleine barré akkoord Kleine barré F akkoord
Een oefening, om langzamerhand barré akkoorden goed te leren spelen, is je wijsvinger sterker maken. Start met je vinger over twee snaren te leggen. In vakje V. Daar is de druk op de snaren minder strak dan op vakje I. In de muziek gebruik je romeinse cijfers voor de vakjes. Sla de snaren, terwijl je vinger van je linkerhand de b en e snaren indrukken, na elkaar aan. Zo hoor je goed of je de snaren krachtig genoeg indrukt. Hoor je een dof geluid, dan probeer je je vinger minimaal te verplaatsen tot het wel helder klinkt. Daarbij helpt het om je middelvinger op je wijsvinger te leggen, zodat ze samen de snaren indrukken. Zo maak je een beginnetje en krijg je langzamerhand de barré akkoorden onder de knie.

Daarnaast is het belangrijk om liefst minimaal 4 keer per week een half uurtje gitaar te spelen. En daarbij ook telkens een minuutje een barré greep over twee snaren te oefenen. Dan over drie, dan over vier snaren en zo verder. Zo train je je vingers en worden ze steeds sterker.

Makkelijke akkoorden

De meeste akkoorden kunnen voor de beginner vrij zwaar zijn. Er zit dan nog niet genoeg kracht in je handen. Dat kan anders. Hoe dan?
Daar zijn trucjes voor. Vooral kinderen kunnen dan toch alvast wat eenvoudige liedjes begeleiden, of zingen en spelen tegelijk. Zie hieronder het eenvoudige G akkoord. Je kan slechts 1 vakje indrukken in plaats van drie. Het geluid is wel wat dunner, maar goed genoeg voor de beginner.

G akkoord 1, vinger akkoord


Je gebruikt dus 1, 2 en soms 3 vingers en slaat daarom ook minder snaren aan, dan als je het complete akkoord zou pakken.

Want wat is een akkoord? Drie verschillende tonen.

Uitzondering is het powerchord, die heeft slechts 2 verschillende tonen, waarvan 1 toon dubbel voorkomt, een octaaf hoger. Dus je kan dan wel zeggen dat er 3 verschillende tonen zijn. 

Hieronder een eenvoudig C akkoord, met maar 1 vakje indrukken in plaats van drie.

C akkoord, 1-vinger akkoord


X = niet die snaar aanslaan, Hierboven zijn dat de dikke snaren 4, 5 en 6.
O = die snaar wel aanslaan.
In dit geval van het C akkoord sla je snaar 1, 2 en 3 aan, de dunste snaren, de e, B en G snaar.
Op snaar 2 heb je vakje 1 ingedrukt. Met je wijsvinger (= vinger 1), die is het sterkst en heb je voor de hele C precies daar ook nodig.

Scroll naar boven